Raadpensionaris Paulus Buys
(1531-1594)

Paulus Buys werd in 1561 benoemd tot pensionaris van Leiden en was actief als Hoogheemraad van Rijnland. In 1572 maakte hij promotie tot raadpensionaris van het gewest Holland. We zijn dan in de eerste fase van de Tachtigjarige Oorlog. Hij sprak zich uit tegen de tiende penning, een nieuwe belastingvorm van de hertog van Alva.

Toen de klachten over het bewind van Alva toenamen reisde Buys naar het Duitse Arnstadt waar de prins van Oranje verbleef na zijn mislukte bevrijdingspoging van de Nederlanden in 1568. Met de prins besprak Buys de plannen om bevrijd te worden van de onderdrukking door Alva en van het strenge roomse regime van Filips II.

Terug in Holland werft hij in het diepste geheim fondsen voor het nieuwe leger van Oranje.

In 1572 weigert hij een Spaans Legioen in Leiden te huisvesten en in 1574 had hij als Hoogheemraad de leiding over het doorsteken van de dijken rondom Leiden om de Spanjaarden uit de buurt te houden. Op 3 oktober 1574 konden de Watergeuzen Leiden ontzetten. In de vroege ochtend voeren de Geuzen over de Vliet de stad binnen met aan boord haring en wittebrood voor de uitgehongerde Leidenaren.

 

(Jaarlijks wordt op 3 oktober Leidens Ontzet gevierd. In de stad hangt op die dag de geur van haring, vers wittebrood en hutspot. Volgens de overlevering was het de kleine weesjongen Cornels Joppens- zoon die in het verlaten legerkamp van de Spanjaarden een ketel met hutspot vond. In de Waag wordt traditioneel gratis haring en wittebrood uitgedeeld).

Na de moord op Willem van Oranje in 1584 verlaat Buys de Raad van State.

Hij was pro-Engels. Toen de Engelse graaf Leicester met een leger naar de Nederlanden kwam om de opstandelingen te helpen, werd Buys zijn adviseur. Hij kreeg echter ruzie met Leicester en werd zelfs een half jaar gevangen gezet. Hij is vrij gelaten na een betaling van het zeker voor die tijd astronomische bedrag van 25.000 gulden.

In 1591 vertrok hij uit Leiden, verkocht zijn huis aan het Rapenburg en ging wonen in de buurt van IJsselstein, waar hij in 1594 gestorven is.

Geef een reactie